top of page
  • Eva Voogt

Mijn opa zou nu helemaal in zijn element zijn geweest


Hamsteren kon hij als de beste en het liefste zat hij de hele dag thuis. Ik ging nog weleens met hem en mijn vader uiteten in Heerlen. Altijd bij hetzelfde restaurant, ze hadden daar een lopend chocoladetaartje. Ik weet nog dat ik een keer zo’n trek had dat ik, toen het brood met boter op was, alle kruimels van tafel zat te eten. Even liet mijn opa het stilletjes gebeuren totdat hij het blijkbaar niet langer aan kon zien. ‘Eva stop daarmee’, riep hij ineens. Ik schrok mij een hoedje: opa verhief nooit zijn stem. Hij had een beetje last van smetvrees: een obsessieve angst om vies of besmet te raken. Mijn vrees voor smet is nooit erg aanwezig geweest. Sinds Nepal - waar de hygiëne ver te zoeken was - is het helemaal nihil.


Toch begint het nu ook aan mij te knagen. Geheel op mijn gemak loop ik niet meer door de Albert Heijn. Hoe houd ik in godsnaam 1.5 meter afstand tussen de schappen of bij de kassa? Waarom lopen mensen zo dicht langs me? Hoe moeilijk is het om in je elleboog te hoesten? Al die gedachten gaan inmiddels door mijn hoofd bij een normaal bezoekje aan de supermarkt. Het maakt me onrustig en ineens begrijp ik heel goed hoe mijn opa zich moest voelen, die ene keer in het restaurant.


Lieve opa, sorry voor die keer dat ik kruimels van de tafel at. Ik heb inmiddels hygiëne gel in mijn handtas, ik nies in mijn elleboog en was mijn handen bijzonder vaak. Als je me zou kunnen zien, zou je vast trots op me zijn. Rust zacht.

bottom of page